zondag 11 september 2016

Vijftien jaar na 11 september 2001



 De aanslagen van 11 september vonden precies vijftien jaar geleden plaats. Verscheidene gebeurtenissen van die dag blijven voor mij ook nu nog onopgeloste raadsels. Ik beperk me tot vijf van die raadsels, die toevallig met natuurkunde te maken hebben. 

(1)    Twee gebouwen van zowat 400 meter hoogte stortten in 10 seconden volledig in. Dat is dus ongeveer met vrije valsnelheid. Met andere woorden: als iemand op het moment van de instorting een steen van het dak had laten vallen, was die steen gelijktijdig met het plafond op de grond gedonderd. Met nog andere woorden: de vallende brokstukken van de Twin Towers kwamen onderweg alleen lucht tegen. Voor mij valt dit niet te rijmen met de officieel gehuldigde “pannenkoekentheorie” (de bovenste verdiepingen deden de lager gelegen delen van het gebouw instorten), want in dat geval had de instorting veel langer moeten duren: de lager liggende verdiepingen hadden minstens eventjes weerstand moeten bieden (de gebouwen hadden 88 en 94 bovengrondse verdiepingen).

(2)    Beide gebouwen van 400 meter hoogte stortten verticaal in, zonder om te kantelen. Nu kennen we in de natuurkunde zoiets als ‘de weg van de minste weerstand’: elk vallend voorwerp kiest die weg, zoals iedereen weet. Daarom gaat een tikbal niet door de grond heen; hij botst omhoog. Maar het vallend puin van de WTC-torens koos blijkbaar een weg van heel veel weerstand: niet naar opzij (lucht!), maar recht naar het voetstuk van de toren (400 meter steen, staal en beton!). Om dat bij andere gebouwen te bewerkstelligen, moeten vooraf op goed gekozen plaatsen explosieven aangebracht worden. Maar in de WTC-torens waren volgens het onderzoeksrapport geen explosieven aanwezig. Een raadsel.

(3)    Op honderd meter afstand van WTC 1 en WTC 2 (de Twin Towers) stortte enkele uren later (rond 17.20 uur ’s avonds) een derde wolkenkrabber verticaal in. Deze toren, WTC 7 (of Salomon Brothers Building), was ‘maar’ 226 meter hoog (ter vergelijking: de Zuidertoren in Brussel is 150 meter hoog). De instorting duurde zo’n 6 seconden, dus opnieuw vrije valversnelling & steen, staal en beton, in plaats van lucht. Het blijft een raadsel voor mij hoe dat gebouw, dat op zowat 100 meter van de Twin Towers stond, volledig vernield kon worden door een eenvoudige brand (veroorzaakt door brokstukken van de Twin Towers). In elk geval is dat uniek in de geschiedenis.

(4)    Nog raadselachtiger in verband met WTC7 is het volgende: de BBC maakte zoals elke nieuwszender melding van de instorting van WTC7. Alleen deed de BBC dat… 23 minuten vóórdat het gebouw werkelijk instortte. BBC-reporter Jane Stanley sprak voor de camera over de instorting van WTC7, terwijl het gebouw achter haar nog stond te branden (een studio-opname, beweren sommigen, maar het tijdstip valt te controleren op archive.org, het Internetarchief van de American Library of Congress). Jammer genoeg heeft de BBC de originele opnamen van 11 september, zowat de belangrijkste dag in de geschiedenis van de moderne nieuwsgaring,  – oeps – verloren.
Het blijft een raadsel voor me hoe de BBC een nieuwsfeit kon brengen voordat het plaatsvond. Einstein revisited?

(5)    Het vliegtuig dat in het Pentagon vloog (Flight 77) maakte op 8 kilometer afstand van het meest beveiligde gebouw van de wereld tegen hoge snelheid een bocht van 330°, vloog vervolgens in dalende lijn naar het Pentagongebouw. Na die onwaarschijnlijke bocht vloog het toestel minstens 33 seconden lang op het Pentagon toe (het had een eindsnelheid van 852 km/h – wat een hels lawaai moet geweest zijn op zo’n lage hoogte). Dit hele gebeuren  werd gefilmd door welgeteld één camera, die alleen de laatste fractie van een seconde voor de impact van het toestel vastlegde (er zijn 5 frames vrijgegeven, waarop nauwelijks iets te zien valt). Geen enkele veiligheidscamera, geen enkele toerist filmde de crash. Er zijn geen foto’s bekend waarop te zien is hoe het vliegtuig het Pentagon nadert. Let wel, we spreken over 2001, niet over 1901.

Zoals gezegd: 11 september blijft een raadselachtige dag voor me. Maar het allergrootste raadsel is dat je, als je zulke vragen opwerpt, voor een halve idioot gehouden wordt. Het gesprek stokt, er valt een ongemakkelijk zwijgen, oogcontact wordt gemeden. Voorzichtig snijdt iemand een ander onderwerp aan.

Ik hoop, waarde lezer, dat u gemerkt hebt dat in dit stukje geen sprake is van complotten. Kom er dus zelf ook niet mee aandraven, hé.