[Oorspronkelijk verschenen op 27 december 2020 op https://kwestievansamen.be, een domeinnaam die ik opgaf wegens exploderende prijzen van de provider Versio.]
In Moria verspreidt Europa een misselijkmakende geur.
Als vicevoorzitter van de VN-mensenrechtenraad bezocht de Zwitserse socioloog Jean Ziegler in 2019 het vluchtelingenkamp van Moria op Lesbos, een Grieks eiland nabij het Turkse vasteland. Of liever: het met EU-geld gefinancierde concentratiekamp van Moria waar, op een plaats die oorspronkelijk voor 3000 mensen geschikt was, zo’n 18 000 vluchtelingen van 58 verschillende nationaliteiten in mensonterende omstandigheden 1 tot 2 jaar gevangen zitten, alvorens ze voor een eerste (!) gesprek over hun asielaanvraag uitgenodigd worden. Die eerste ondervraging gebeurt door medewerkers van de schimmige EU-instantie EASO (European Asylum Support Office) en duurt gewoonlijk niet langer dan een kwartier. Op basis daarvan wordt een dossier samengesteld. Pas daarna nemen de Griekse autoriteiten de asielaanvraag in behandeling.
Ziegler beschreef zijn bezoek aan het kamp in Lesbos, la honte de l’Europe (Lesbos, de schande van Europa), uitgegeven bij Seuil in 2020.
De EU, Griekenland en Turkije sparen kosten noch moeite om vluchtelingen buiten Europa te houden: niet alleen met satelliet- en dronebewaking, röntgenscanners en zelfs toestellen die de hoeveelheid uitgeademde lucht in vrachtwagens kunnen registreren; ook met zogenaamde pushback-operaties, waarbij met vluchtelingen volgepropte motorbootjes die de Griekse stranden bijna bereikt hebben, naar de Turkse territoriale wateren worden teruggedreven. Bij sommige van die – volstrekt illegale – operaties van de Europese overheden worden de bootjes bewust net niet (en soms misschien wél?) tot kapseizen gebracht. Dat is niet alleen barbaars en misdadig; het is ook een flagrante schending van het VN-vluchtelingenverdrag van 1951, dat alle landen van de EU ondertekenden.
Turkije heeft in de grenszone met Syrië automatische schietinstallaties geplaatst. Vluchtelingen die de waarschuwingen negeren en niet terugkeren, worden op een dodelijke kogelhagel vergast. Met de groeten van de zwijgende EU. (Noot voor jongere lezers : zulke automatische schietinstallaties bestonden voor een paar decennia ook in Europa; dat heeft zelfs geleid tot vervolging van de betrokken generaals.)
“L’inventivité des fabricants d’appareils de surveillance financé par l’UE ne connaît pas de limites. Le long du mur qui sépare le nord-ouest de la Syrie de la Turquie, les Turcs – encouragés par Bruxelles – ont ainsi installé des appareils à déclenchement automatique de tirs de mitrailleuses. L’être humain qui approche à 300 mètres du mur entend d’abord en trois langues, et à plusieurs reprises, un avertissement lui ordonnant de faire demi-tour. S’il continue d’avancer, il est tué par la mitrailleuse dont le tir se déclenche automatiquement. Ces mitrailleuses à tir autodéclenché se révèlent particulièrement efficaces contre les familles de réfugiés. » (31-32)
Reddingswerkers van NGO’s die vluchtelingen helpen of bijstaan, worden steeds vaker vervolgd, onder meer wegens mensensmokkel. Wie meent dat aldus het toppunt van Europees cynisme bereikt is, dwaalt, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het wedervaren van de twee Syrische zussen Mardini (p. 34). Toen de vluchtelingenboot die hen naar Griekenland bracht motorpech kreeg, konden zij, als geoefende competitiezwemsters, alle opvarenden het leven redden door het vaartuig al zwemmend aan wal te trekken. De zussen kregen uiteindelijk asiel en vonden een nieuwe thuis in Duitsland. Maar toen één van hen, Sarah, na enkele jaren Lesbos opnieuw bezocht, werd ze gearresteerd en aangeklaagd wegens mensensmokkel: zij had het bootje immers naar het strand geloodst. Ziegler haalt nog andere voorbeelden in dezelfde strekking aan.
Ziegler beschrijft de hel die hij in Moria aanschouwde: kampbewoners staan elke dag urenlang (‘il faut compter entre deux et quatre heures’) in de rij voor een voedselpakket van abominabele kwaliteit, ‘met een misselijkmakende geur’, waarvan ze vaak alles behalve de aardappelen en de rijst meteen bij het vuilnis kieperen. Velen slapen op de grond, zelfs in de winter, in omstandigheden die erger zijn dan de armzaligste favela’s en slums die Ziegler bezocht (Rio de Janeiro, Manilla, Dacca).
“J’ai pu m’en convaincre moi-même : les « ragoûts » dégageaient une odeur nauséabonde. Ils étaient immangeables.” (74)
In 2019 bezochten onderzoekers van Amnesty International het gevangenenkamp van Moria. Ze stelden een klachtenboek op: uitwerpselen en urine in de open lucht; een schrijnend gebrek aan medicamenten en medische verzorging; onverlichte en niet afsluitbare toiletten (waar vrouwen geregeld worden lastiggevallen, of erger); kinderen kunnen niet naar school gaan en spelen in de modder en tussen het afval; velen lijden honger. Zulke rapporten lijken weinig uit te halen. Laconiek beschrijft Ziegler hoe de verschillende verantwoordelijke instanties elkaar de zwarte piet voor de mensonterende omstandigheden in Moria toeschuiven. De VN: ‘Wij zijn niet bevoegd voor het eten.’ De Griekse minister: ‘Het leger is verantwoordelijk voor het kampterrein’. De Europese Unie: ‘We hebben al tonnen geld aan de Grieken gegeven. We hebben een onderzoek naar corruptie geopend’. Het zijn variaties op hetzelfde thema: we wassen onze handen in onschuld. Wir wollen es nicht gewusst haben.
«A défaut d’eau, les prisonniers de Moria ne peuvent laver leur sac de couchage que tous les deux mois. Les poux infestent les containers et les baraquements. Le manque d’eau potable diffuse des maladies de reins sur une large échelle. » (58)
Ziegler sprak met verschillende kampbewoners. Zo bijvoorbeeld een Afghaanse familie uit Herat: moeder (26 jaar, 8 maanden zwanger), vader en hun dochter van vier. Ze wonen met z’n drieën in één helft van een VN-container, op een oppervlakte van zes vierkante meter, slechts door een opgehangen deken gescheiden van de familie die de andere kant bewoont. De beschrijving van hun ‘woning’ deed me denken aan de woonwagen waarin de familie Joad in de laatste hoofdstukken van Steinbecks Druiven der gramschap terechtkomt.
Terecht klaagt Ziegler de samenzwering van de stilte aan die deze wantoestanden mogelijk maakt. Zijn besluit is dat alle hotspots, waar ze zich ook bevinden, onmiddellijk en definitief gesloten moeten worden. Car ils sont la honte de l’Europe.
Lesbos, la honte de l’Europe is geen opbeurende lectuur, maar welk excuus hebben we om geen kennis te nemen van deze toestanden, die immers met ons belastinggeld en door onze stilzwijgende acceptatie in stand worden gehouden? Toch zijn er lichtpuntjes, zoals de opmerkelijke solidariteit vanwege veel bewoners van Lesbos, waar allerlei initiatieven ontstonden om de vluchtelingen te helpen.
“Je n’étais pas directement responsable de la déchéance humaine que je découvrais, mais en tant qu’Européen, en tant qu’homme qui s’était tu jusque-là, j’avais contribué à la conspiration du silence qui rend possibles ces abominations.”
Europa drijft opnieuw af naar de barbarij. Wat mij betreft mag je zo links en zo rechts zijn als je zelf wilt. Verlies alleen je menselijkheid niet uit het oog. Zweer niet samen met de zwijgenden.
JEAN ZIEGLER, Lesbos, la honte de l’Europe, Seuil, Paris, 2020.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten